dissociatie (DIS)
2022-2024
Ik las vanavond weer stukken uit mijn dagboek van een jaar geleden en werd geraakt door mijn beschrijvingen van het dissociëren in die tijd. Nog nauwelijks in staat dit enigszins te begrijpen werd mijn innerlijk één grote kolk van gevoelens, emoties, vermengd met oude pijn en onveiligheid. Het kon mij op de meest normale doordeweekse momenten ineens diep raken en een complete dag of dagen verknallen.
Het is iets wat ik al mijn hele leven doe, maar pas sinds twee jaar begin te begrijpen. Als tiener en als volwassene kon ik mijn ‘buien’ hebben. Soms dagenlang chagrijnig, negatief, slechte en depressieve gevoelens die de overhand hadden en bepaalden hoe ik reageerde.
Naarmate de jaren vorderden werd ik steeds beter in het camoufleren van mijn werkelijke emoties. Zeker op het werk kon ik mij in contact met cliënten therapeutisch opstellen en bleef constructief in overleg met collega’s. Het lukte me ook op de zware dagen mijn taken af te maken. Van harte ging dit niet en het was misschien niet het beste resultaat, maar iedereen heeft weleens mindere dagen toch?
Wie het harder te voortduren kreeg was mijn vrouw en later ook mijn kinderen. Ook met hen kon ik nog wel de noodzakelijke huishoudelijke dingen doen. Maar het ging vaak niet van harte: kortaf, soms ijskoud en ronduit schofferend in mijn reacties was ik niet meer mezelf en projecteerde ik mijn innerlijke gevoel op de mensen die ik juist het meest lief heb. Inzicht in dit dissociëren heb ik jarenlang niet gehad, terwijl de schade wel doorwoekerde.
Het zijn de verstoorde dynamieken waarin ik ben opgegroeid, de manieren waarop ik mijzelf heb aangeleerd om te gaan met kritiek, boosheid, de manipulatie en het seksueel misbruik. Ik kan zelf verdwijnen en volledig opgaan in de ander. Het lijkt op het oog zeer inlevend maar is mijn manier van overleven. Door mee te werken, te achterhalen wat de ander wil en daaraan toe te geven kon ik de schade voor mezelf beperken en een schijn van controle voor mezelf behouden.
Het is deze dynamiek die mij nu in het dagelijks leven volledig inhaalt. In mijn onmogelijkheid om boos te worden, ga ik dissociëren. Ik val stil, weet niet meer wat ik wil doen, in mijn hoofd begint de eindeloze stroom redenaties en ik ben mezelf kwijt. Het lukt mij meestal om nog enigszins de taken uit te voeren die ik moet doen, maar het is niet meer authentiek. Andere delen nemen het over, er is vaak een enorm bang kind aanwezig wat ik ga beschermen door misschien juist passief agressief te worden. Stilzwijgen, ijskoude korte verwijtende communicatie zorgt ervoor dat anderen wel afstand moeten nemen. Die anderen dan vaak mijn vrouw en kinderen.
Of er is de diep gekwetste en afgewezen persoon aanwezig die iedereen op afstand houdt en claimt dat hij het zelf wel oplost, ik heb niemand nodig. Anderen voelen onveilig, dus het enige wat dan veilig lijkt is alleen zijn. Op eenzame wandelingen kan ik dan soms mezelf terug vinden. Soms lukt het mijn vrouw om verbinding te maken en brokkelt de innerlijke onveiligheid af en durf ik de spanning los te laten. Te vaak is de onveiligheid van binnen nog zo groot dat ik mij afweer. Soms ook letterlijk fysiek door om te draaien, weg te kijken en weg te gaan.
Ten diepste is daar het oude zeer dat mij laat dissociëren en in overlevingstand doet komen. Iets triggert deze oude pijn en ik ga voor de bijl. Voordat er ook maar een cognitief weten en beseffen bestaat, is mijn lijf en zenuwstelsel al in overleving en heeft zichzelf gered. Een manier die ik ooit nodig had om de bizarre situatie waar ik in zat het hoofd te bieden maar die nu zo destructief uitpakt.
Wat ik vaak nodig heb is tijd en ruimte om de trigger te verkennen. Wat deed mij zo wegraken? Wat was het dat de onveiligheid opriep? Vaak moet ik tijd nemen, schrijven, buiten lopen of hardlopen kan helpen. Soms helpt dat niet en duurt het een tijd voordat ik uiteindelijk durf terug te keren. Dit is helaas niet een wilsbesluit of een cognitief proces, het is maar minimaal dat ik en mijn omgeving er iets aan kunnen doen.
Wat het afgelopen jaar wel helpt is de lichaamsgerichte therapie waar ik ongeveer elke maand kom. De aanrakingen aan mijn lichaam triggeren gigantisch, maar de kunst om dan juist te vertragen en toch in veiligheid kleine stappen van vertrouwen te maken zijn helpend. Ook daar is geen protocol of programma voor maar een betrokken therapeut die elke keer weer bereid is “Om te werken met wat zich aandient.”
Zo maak ik stappen in herstel. Mijn DIS (of is het DPDR of OPS?) symptomen worden minder, het lukt steeds beter deze te plaatsen in het dagelijks leven. Ik ben niet zo geïnteresseerd in de exacte diagnose omdat ik geloof dat dit gelukkig niet statisch is. In verwerking worden ook mijn symptomen minder en lukt het steeds beter dit een plek te geven in het dagelijks leven.
Het trauma en daarmee het dissociëren zal helaas altijd een kwetsbaarheid blijven in mijn leven. Maar inzicht helpt en heelt. En tenslotte bezit ik, en velen met mij, een enorme veerkracht om wat nu nog zo raakt in het dagelijks leven, te boven te komen. Het wordt minder overleven en meer volledig leven in het hier en nu.
Dit dissociëren bespreekbaar maken is helpend en dat wens ik iedereen die hiermee worstelt van harte toe.